De Craen Jan

° 01.06.1936

† 10.08.2024

in: 01.09.61

uit: 01.12.97

leraar Biologie


 

AFSCHEID VAN JAN DE CRAEN NAMENS PIUS X-INSTITUUT ANTWERPEN

Dag Jan, vanuit de school waar je decennialang leraar en lerarenopleider was, willen we jou een afscheidsgroet brengen. Het is een groet namens velen maar nu vooral van 7 oud-studenten en –collega’s die je goed gekend hebben. Namelijk: 

- Herman Buts, oud-leraar biologie in de middelbare school

- Danny Van Lierde en Dirk Helsen, oud-studenten van het regentaat en gepensioneerde leraren biologie in de middelbare school

- Fred Van Hooydonk en Sim Daems, oud-collega’s wetenschappen

En ik ben: Gerrit De Caluwé, oud-secretaris-bibliothecaris en oud-collega regentaat

Mijn naam is Paul Cautreels, oud-leerling van Jan in het secundair, oud-student van Jan in de onderwijzersopleiding, en oud-collega-lerarenopleider van Jan.

Wat ons alle zeven erg is bijgebleven zetten we kort op een rijtje:

- Warme, menselijke contacten: met collega’s, met leerlingen, met studenten

- Lesgever die ongedwongen vanuit veel passie en kennis kon lesgeven en daardoor bij velen een vuurtje heeft doen ontbranden.

- Fijne gesprekken en altijd ruimte voor gezelligheid

- Hij kende de kunst van minzame strengheid: luisterbereid en de wil om compromissen aan te nemen

- Een echte vakman in biologie waarbij hij het niet alleen over planten en dieren had maar ook mensen een brede plaats gaf. Die stielkennis resulteerde in succesvolle handboeken biologie die hij samen met West-Vlaamse auteurs schreef. Herinner je nog bij voorbeeld de reeks ‘Planten, dieren en mensen’ van uitgeverij Van In.

- Als leraar was hij er voor zijn studenten; je kon er niet veel verkeerd over zeggen en hij verdedigde ze door dik en dun. Maar bovenal, hij kon zijn studenten soms erg raak typeren.

Dit uiteraard volstrekt onvolledige lijstje willen we kort illustreren aan de hand van enkele fragmenten en anekdotes uit de diverse bijdragen die we mochten ontvangen.

 

Op een keer kwam hij tijdens een excursie op Schiermonnikoog van het strand ontgoocheld terug omdat er te weinig soorten schelpen gevonden waren voor zijn determineeroefening, en hij bromde “Je vindt hier amper een onnozel kokkeltje”. Toen hij laat op de avond met de studenten thuis kwam -'s avonds moest natuurlijk het dorp verkend en er uitvoerig ‘gelameerd’ worden - vond hij merkwaardig genoeg wel een massa kokkeltjes in zijn slaapzak.

Jan had het geluk om les te geven in een periode waarin veel ruimte was voor creativiteit. Waar inspirerend les kon worden gegeven vanuit improvisatie. Zo overkwam het een achteloze student van de onderwijzersopleiding die een duifje had achtergelaten in lokaal 301, het lokaal van Jan, denkend dat het daar veilig was. Jan begon zijn les aan de regentaatsstudenten zoals wel vaker met de woorden: “Wat gaan we doen vandaag…”, zag het duifje en zei: ”Dissectie van de duif”. Super interessante les voor Dirk en medestudenten maar een klein drama voor de student-onderwijzer, die arme drommel.

Van zijn studenten eiste hij inzet, vakkennis en didactische bekwaamheid maar hij verpakte dit in een fluwelen jasje met een flinke dosis aanmoediging en humor. En wanneer iets hem niet zinde, hoefde hij niet meteen verbaal uit de hoek te komen… We zagen aan zijn rood aanlopend, zwetend gelaat dat we op onze hoede moesten zijn… wat meestal ook gebeurde.

Ook voor Jan was ‘teaching fun’ zoals Sim Daems het verwoordde en die andere leeftijdsgenoot, wijlen Roland Gauquie, voorleefde, zeker op de meerdaagse excursies aardrijkskunde waar hij ook aan meewerkte. Jan doceerde op excursie niet, hij wachtte geduldig op de vragen van studenten of leerlingen en schoot pas dan in gang…

Jan heeft er mee voor gezorgd dat Dirk en Danny als oefenschoolleraren een prachtige loopbaan op Pius X kenden en dit een groot deel van hun leven bepaalde. Zelfs op de dag van hun pensioen belde Jan hen attentvol op.

Ikzelf herinner mij nog zeer goed zo’n voorbeeld van warme attentie wanneer hij samen met Sim – als PHO-vertegenwoordigers - begin jaren tachtig bij ons thuis een cadeau kwam afgeven ter gelegenheid van de geboorte van onze kinderen.

Verscheidene keren ging hij ook samen met Kristien en enkele familieleden mee op onze Pius-X-paasreizen. Je zag hem dan volop genieten van alles wat zich aandiende en uit zijn aanvullende tussenkomsten bleek zijn enorme kennis van antieke cultuur en geschiedenis.

Ook als échte Bourgondiër kennen we Jan erg goed. Wanneer we ’s morgens om negen uur al in de bus zaten op weg naar een andere bestemming, trokken hij of Jef Dentant-zaliger vrij snel naar de koelbox bij Herwin, onze trouwe buschauffeur, vooraan om een fris pilsje te halen. De nadorst moest immers gelest worden.

Beste Kristien en familie, als we aan Jan denken moeten we glimlachen en hoe mooi is dat niet als je dit bij mensen teweeg brengt. Ontmoetingen met jullie waren en zijn nog steeds hartelijk, waarvoor veel dank.

Tot slot nog deze twee korte beschouwingen:

- Ik heb een rare gewoonte: Elke keer als ik op één van onze vele Pius-X-wandelingen een smeerwortel ontwaar tussen het groen, moet ik aan Jan denken die me die plant heeft leren kennen. Die rare gewoonte zal meer dan ooit blijven bestaan.

- En het eindwoord komt van Dirk:

Twee keer per jaar vliegen de kraanvogels, ik herhaal - de kraanvogels - over ons huis in de Ardennen. Vanaf nu zal het anders zijn, want Jan vliegt met hen mee.